Dit is het hoger beroep van het vonnis waarin voor het eerst het Google Spain arrest (zie onze analyse van dit arrest op Media Report) door een nationale rechter werd toegepast.
Appellant speelde in mei 2012 een nogal opmerkelijke rol in een aflevering van het programma ‘Misdaadverslaggever’ van Peter R. de Vries. “In deze aflevering werden camerabeelden getoond waarin [appellant] met een (vermeend) huurmoordenaar (verder A te noemen) bespreekt hoe deze een concurrent van [appellant] in de escortbranche het beste kan (laten) liquideren. De beeldopnamen zijn door A in het geheim gemaakt met behulp van een balpen waarin een camera zat. [appellant] werd in deze in het programma uitgezonden beeldopnamen veelvuldig herkenbaar en zonder beeld- of geluidvervorming in beeld gebracht. Hij werd daarin niet met zijn volledige naam aangeduid maar met zijn voornaam, ‘van’ en de eerste letter van zijn achternaam.” De man werd veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf wegens poging tot uitlokking van huurmoord. Hij is tegen zijn veroordeling in hoger beroep gegaan.
De man verzocht Google vervolgens links te verwijderen die verwezen naar websites met informatie over zijn veroordeling. Google weigerde het verzoek van de veroordeelde crimineel volledig in te willigen, waarop hij een kort geding startte tegen Google.
De voorzieningenrechter wees zijn vorderingen af. De rechter gaf in haar vonnis een geheel eigen interpretatie van het right to be forgotten uit het Google Spain arrest, door te overwegen dat “het [Google Spain]-arrest personen niet beoogt te beschermen tegen alle negatieve berichten op internet, maar alleen tegen het langdurig ‘achtervolgd worden’ door berichten die ‘irrelevant’, ‘buitensporig’ of ‘onnodig diffamerend’ zijn.”
De criteria ‘langdurig achtervolgd worden’ en ‘onnodig diffamerend’ zijn echter niet terug te vinden in het Google Spain arrest. Door die elementen toe te voegen lijkt de voorzieningenrechter het Google Spain arrest wat te hebben genuanceerd. En dat was volgens velen erg welkom, aangezien Google Spain met uitsluitend een privacy-bril op lijkt te zijn geschreven en het belang van de vrijheid van meningsuiting nogal is ondergesneeuwd.
Het hof sluit zich aan bij het vonnis in eerste aanleg en wijst vorderingen eveneens af. “Het komt er, kort gezegd, op neer dat [appellant] wordt vervolgd voor een zeer recent begaan ernstig misdrijf en daarvoor in eerste aanleg is veroordeeld en dat hem niet het recht toekomt te worden gevrijwaard van zoekresultaten waardoor het publiek – voor zover dat op de hoogte is van zijn volledige naam, terwijl het hoger beroep in zijn strafzaak nog loopt en van een relevant tijdverloop geen sprake is – hem mogelijk in verband kan brengen met dit misdrijf,” aldus het hof.
Het hof is het verder met de voorzieningenrechter eens dat ook de auto-complete functie van Google, die ‘peter r de vries’ suggereert als de naam van de escortbaas wordt ingetypt, niet onrechtmatig is. De toevoeging wordt automatisch gegenereerd op grond van onder meer het aantal keren dat gebruikers op basis van een bepaalde zoektermen hebben gezocht. Het publiek heeft een gerechtvaardigd belang geïnformeerd te worden over appellant. Bovendien wisten mensen die zijn naam op Google invulden kennelijk al wat zijn volledige naam is zodat “de met de autocomplete-toevoeging gegenereerde zoekresultaten niet meer gegevens over [appellant] opleveren dan zonder die toevoeging worden verkregen“.