In een aflevering van de satirische comedy show Das letzte der Woche van de Oostenrijkse tv-zender ATV kreeg Herbert Haupt, voorzitter van de Oostenrijkse vrijheidspartij tussen 2002 en 2004 en vicekanselier van de federale overheid tussen februari en oktober 2003, het flink te verduren. De presentator vertelde de kijker dat
Haupt net als een nijlpaard in de dierentuin van Wenen “meestal omringd werd door kleine bruine ratten”, een opmerking die als een zinspeling op neo-Nazis werd beschouwd. In oktober 2003 vorderde Haupt in Oostenrijk schadevergoeding van ATV vanwege deze uitlating.
Haupt kreeg aanvankelijk een schadevergoeding van EUR 2.000,-, maar zijn vordering werd door de hoogste Oostenrijkse rechter alsnog afgewezen, waarop Haupt naar het EHRM stapte. Haupt claimde onder meer dat zijn rechten onder art. 8 EVRM (recht op respect voor privé- en familieleven) waren geschonden.
Het Hof wijst op Haupt’s positie als (bekende) politicus. Hij zal in die hoedanigheid meer moeten dulden. Bovendien gaat het om satire, en dus om een waardeoordeel. En meer in het bijzonder om political criticism. Het is geen aanval op hem persoonlijk. De bestreden uiting wordt bovendien feitelijk ondersteund door verschillende problematische uitingen die zijn gedaan door leden van de Oostenrijkse vrijheidspartij. Onder deze omstandigheden is er volgens het Hof geen sprake van schending van art. 8 EVRM.